over mij
Toch koos ik de richting van elektricien: het vak van de toekomst, zoals mijn vader het noemde. Maar dat mij totaal niet boeide. Op vijftienjarige leeftijd mocht ik de school verlaten, mits ik iets ging doen wat met elektrotechniek te maken had. Ik belandde bij Philips telecommunicatie, een baan die ik niet langer dan een half jaar vol hield. Ondertussen was ik steeds meer met mijn passie bezig: het maken van dingen waar je ogenschijnlijk niets aan had, maar die mij voldoening schonken. Bijvoorbeeld reliëfs, waarin ik stenen, metalen, tandwielen, gloeilampen en transistors verwerkte. Geen droog brood mee te verdienen, vond die ouwe en hij had alweer gelijk.
Het binnenvaartschip waarop ik in 1964 aanmeerde als matroos. De kapitein was een halfbroer van mijn moeder.
M.T.S.Topper Bouwjaar: 1957
Gewicht: 1125ton Afm: 80/950meter
Daarna kwam er een plaats vrij op een schip waar mijn oom kapitein was en ik ging mee als matroos. Het was een binnenvaartschip dat stookolie vervoerde van Rotterdam naar Antwerpen of van Antwerpen naar Brussel, Luik of Gent. Dat hield ik zo'n drie jaar vol. Toen ik hoorde dat het Kurhaus was gesloopt tijdens een concert van The Rolling Stones, kreeg ik heimwee. Ik ging weer aan wal en werd na allerlei baantjes uiteindelijk etaleur, een vak waarop ik mijn creativiteit aardig kon botvieren. In de avonduren ging ik – eindelijk – lessen volgen aan de Koninklijke academie van beeldende kunst, het was een leuke tijd. Totdat op een dag in Amsterdam werd besloten dat alle etalages van het bedrijf waarvoor ik werkte, door het hele land hetzelfde moesten worden. En ik, die ondertussen van leerling-etaleur was opgeklommen tot etaleur met een eigen vestiging, moest al het decoratiemateriaal dat door het hoofdkwartier in Amsterdam werd aangeleverd, op de door hun bepaalde plek zetten. Kortom, een nekslag voor mijn creativiteit. Ik stopte ermee, maar de drang om te creëren werd er niet minder om. Al gauw maakte ik voor een café reliëfs aan het plafond, met daarin planeten en ruimteschepen van afvalmateriaal en bewegende satellieten, dankzij kleine elektromotoren (het vak van de toekomst). De kunstacademie had ik afgerond en ik kwam terecht in de Beeldende Kunstenaars Regeling (BKR).
Ik had een groot atelier, werkte hard en verkocht veel objecten en reliëfs aan het Rijk. Ik kon er aardig van leven, hoewel mijn inkomen op bijstandsniveau lag. Maar ja, aan alles komt een eind, zo ook aan de BKR, dus het klussen kon weer beginnen. Ik deed veel verschillende dingen: van ramen beletteren en vrachtwagens beschilderen tot meubels maken en exposeren. In 1987 verhuisde ik naar Eindhoven en betrok een atelier op de Grote Berg, alwaar ik begon met het maken van perspex lampen. Ook pakte ik het schilderen weer op en exposeerde soms in cafés. Toen de opa van mijn vriendin overleed, mocht ik uit zijn enorme hoeveelheid materiaal – hij was uitvinder – dingen uitzoeken, waarvan ik manshoge kijkkasten bouwde.
Tussendoor werkte ik bij ASITO, totdat er een plaats vrij kwam bij de stichting BWI in Waalre, die enkele jaren later werd overgenomen door de gemeente, waar ik beheerder werd van de sportcomplexen. Af en toe heb ik in 't Hazzo geëxposeerd, ook maakte ik decors voor toneelgroep Kinderspel. In maart 2013 ging ik met pensioen en had ik een atelier aan huis. In het voorjaar van 2014 was er een expositie van mijn werk in 't Hazzo.
Wouter de Graef † 28 augustus 2017
Als kind woonde ik boven een benzinepomp, aan de Fluwelenburgwal 5 in Den Haag. De benzinegeur reikte tot aan de huiskamer.
5 reacties
-
Fijn dat je toch je eigen weg hebt gevolgd en jouw creativiteit de vrije teugel hebt kunnen geven.
Ik had hier graag nog met jou over gepraat, maar het ging ineens heel erg snel bergafwaarts.
Rest in peace
Veel sterkte voor jouw nabestaanden -
Keep on truckin' Wout, you're special and I love you.
-
Leuk verhaal wouter!
-
Wat een super leuk verhaal. Ik zie de fluwelen burgwal weer voor me met opa en oma. Maar jouw verhaal kende ik nog niet
-
Wat een mooi & boeiend levensverhaal.